Onderzoekt en verzamelt de geschiedenis van werk, werkenden en arbeidsverhoudingen wereldwijd

Terug in Nederland

Nu moest het Zimmerwalder manifest, dat wil zeggen de versie van de meerderheid, natuurlijk ook vertaald en in Nederland verspreid worden, met meer Nederlandse namen eronder dan alleen die van Roland Holst. In de praktijk kwam het er op neer dat de discussie die in Zimmerwald al zo moeizaam was, zich in linkse kringen hier te lande voort zette. De tekst riep meer vragen op dan hij beantwoordde.

De grote bladen negeerden of bagatelliseerden Zimmerwald, de bijeenkomst die volgens Holst ‘voor millioenen in de loopgraven de eerste lichtstraal in den donkeren nacht ‘ was. Zij was daarover ganz wütend, schreef ze op 22 september aan Robert Grimm, secretaris van de Zimmerwalder conferentie:

…Ich bin heute abend, würden Sie sagen, “ganz wütend”. Denken Sie sich, gestern nahm Het Volk (Tagesorgan der Arbeiter Partei) drei Zeilen aus dem Manifest über….Heute Abend steht eine kurze Übersicht darin mit einigen Zitaten, im ganze ½ Spalte. Sonst nichts. Fertig. Totgeschwiegen sollen wir werden... (Robert Grimm archief B134. Lees de complete brief)

Het springende punt was dat van de  nationale soevereiniteit. Hoe verhield zich die met het door Zimmerwald voorgestane internationalisme? Als de arbeiders tégen bewapening en mobilisatie moesten zijn, dan moesten ze dus een eventuele inval van een buitenlandse mogendheid gewoon maar accepteren? En moesten ze ook tegen antikoloniale nationale bevrijdingsoorlogen zijn?

Holst kreeg noch de sociaaldemocraten (SDAP, 25.000 leden), noch de communisten (SDP, 500 leden) warm voor het manifest. En zelfs in haar eigen partijtje, de RSV (200 leden), ondervond ze tegenstand van de Haagse afdeling  van 50 man, die zich, aangevuurd door Barend Luteraan, uiteindelijk afsplitste.

Uit machtspolitieke overwegingen overwoog Holst zich dan toch maar bij de SDAP aan te sluiten en daarbinnen als een soort cel te opereren. Ze had ‘de partij’nog niet zo lang geleden verlaten. Wenn wir uns dagegen der Partei wieder anschliessen, im Fall ich das Beispiel gebe, machen die meisten schon mit, den Verein innerhalb der Partei als Kern einer Organisation der Minderheit aufrechtzuhalten….so bin ich überzeugt, dass wir mit unserer Agitation im heutigen Moment durchdringen werden. (30 September 1914, Robert Grimm archief B134)

Maar in de SDAP  was ze niet langer welkom. Verschillende partijbonzen lieten haar vallen, maar het raakte haar niet…Die Ranküne usw. unserer Offiziellen lässt mich vollkommen kalt; auch den persönlichen Bruch zwischen Wibaut un mir, der wahrscheinlich erfolgen wird, werde ich mir nicht zu Herzen nehmen.  (1 Oktober 1915, Robert Grimm archief B134)