Onderzoekt en verzamelt de geschiedenis van werk, werkenden en arbeidsverhoudingen wereldwijd

Ajao, c 1682

De hoofdpersoon is S. van Doelvelt, die connecties bij de VOC heeft. Hij wordt op Ajao, een eiland in Noord-Oost Azië, bijzonder vriendelijk ontvangen in het Hotel des Etrangers: ‘U kunt hier blijven zolang als u wilt. We zullen u voeden, huisvesten zoals we ook onze eigen burgers huisvesten,  en van alle gemakken voorzien.’

De pensioengerechtigde leeftijd op Ajao is 75. Een man heeft altijd twee vrouwen. Die kunnen het  huishouden verdelen, zodat ze ’s avonds minder chagrijnig zijn en zich met plezier aan de seks kunnen wijden. Bigamie is ook handig omdat de twee vrouwen tegelijkertijd zwanger kunnen zijn. Het kindertal dat de slaven op het eiland voortbrengen moet altijd overtroffen moet worden.

Deze slaven zijn eigenlijk de oorspronkelijke bewoners, een tamelijk indolent volk dat slaafgemaakt is door de kolonisator. Zij mogen pas op hun 33ste trouwen. De slavin die voor haar 33ste een kind baart, wordt afgemaakt met kind en al. Worden er teveel jongens onder de slaven geboren, dan worden ze direct na de geboorte verstikt.

Bernard Le Bouyer de Fontenelle, La république des philosophes, ou Histoire des Ajaoiens werd rond 1682 geschreven maar pas in 1768 gepubliceerd, in Amsterdam.

(reprint 1970, call no. 78/336).