Onderzoekt en verzamelt de geschiedenis van werk, werkenden en arbeidsverhoudingen wereldwijd

Gezellige Meivieringen, 1890-1940

De eerste 1 mei-betoging in Nederland was in 1890 en vond plaats op zondag 27 april in Leeuwarden. Overal elders was het houden van 1 mei-optochten  verboden. Er waren zo’n 10.000 deelnemers. De eerste 1 mei-krant was Recht voor Allen, het blad van de Sociaal-Democratische Bond/Partij van Domela Nieuwenhuis, die had gedecreteerd:  De 1e dag in mei ...worde door de partij beschouwd als een feestdag en gevierd door het houden, zoo mogelijk, van openbare vergaderingen, gezellige bijeenkomsten en optochten.
Daarmee was de toon gezet. De eerste socialistische partij in Nederland riep op tot gezelligheid. De meeste manifestaties verliepen vreedzaam en 1 mei werd een feest voor het hele gezin, met muziek en toneel.
Toch werd 1 mei in Nederland nooit een nationale feestdag.


Een karakteristieke 1 meiviering  was die van 1905 in het Paleis voor Volksvlijt: Het podium was rustig en doelmatig versierd met rood doek om de lichtstandaarden en planten, van de randen der galerijen hingen doeken neer; de pilaren waren versierd met lange roode linten, afhangend tot de vaandels der vakorganisaties, die uit de sierplanten omhoog staken. Er waren vaandels, zang-en muziekcorpsen, borden met leuzen en toespraken.


Tijdens de Eerste Wereldoorlog werd  1 mei dienstbaar gemaakt aan het propageren van de vrede. Dit jaar zou de straatdemonstratie een eenvoudig, sober karakter hebben. Geen wagens met symbolische voorstellingen, geen bloemversieringen, geen groote transparanten. Want de tijden zijn er niet naar feestelijk op te trekken. In april-juli 1919 speelde de discussie over de 8-urendag in de  Arbeidswet. Er waren veel stakingen ook op 1 mei. Uiteindelijk werd in juli de Arbeidswet ingesteld met de achturige werkdag bij een 45-urige werkweek.

 

 

In de jaren ’20 ging de Arbeiders Jeugd Centrale AJC een steeds groter rol spelen bij de vieringen. Ze hielden quasi-religieuze wijdingsbijeenkomsten en namen oude volksgebruiken over, zoals het dansen om de meiboom. Een fluitsignaal klinkt, direkt gevolgd door muziek van mandolinen, gitaren, violen en fluiten en gezang.
In de jaren ’30 werd door de crisis en de werkloosheid de arbeidstijdverkorting opnieuw actueel. De 45–urige werkweek moest worden vervangen door een 40-urige, vond de SDAP.
In 1934 en 1935 gold een uniformverbod. Dit was eigenlijk bedoeld om de bruine nationaal-socialisten in de wielen te rijden, maar het trof vooral de socialisten. Rode tulpen en vlaggen en rode broeken waren niet toegestaan. De SDAP stelde groene bloempjes voor die ‘zijn goedgekeurd door de officier van justitie. ‘

Bron: Jan Gielkens e.a., Een dag is 't van vreugde, een dag is 't van strijd. Geïllustreerde geschiedenis van 1 Mei in Nederland. Amsterdam 1990

  • De Internationale, uitgevoerd door het 'Amsterdams Socialisten Kwartet', c 1909.  Jumbola Record, BG GC6/7
 
00:00