Onderzoekt en verzamelt de geschiedenis van werk, werkenden en arbeidsverhoudingen wereldwijd

Gelukzoekers in het Arbeidersparadijs

100 jaar Russische Revolutie: onderzoek, collecties en activiteiten bij het IISG.

Revoluties gaan over geluk, of beter gezegd, over het zoeken naar geluk. Het omverwerpen van de bestaande orde wordt als een voorwaarde gezien voor het creëren van een betere, rechtvaardiger, en daarmee, gelukkiger wereld. Maar terwijl het nastreven van geluk een universeel menselijke eigenschap is, verschillen de menselijke voorstellingen over hoe dat geluk er uit zou moeten zien sterk. Het geluk van de één is niet altijd het geluk van de ander.

Tini, Ankie en Tom Schoorl in Kemerovo, 1927. Bron: familiearchief Schoorl.

De Russische revolutie van oktober 1917 kwam op voor het geluk van arbeiders, boeren en soldaten. Dat streven stond haaks op de geluksvoorstellingen van andere groepen in de samenleving. In de eerste plaats natuurlijk die van de bezittende klassen, die op grote schaal onteigend werden, en niet zelden daarbij het leven verloren. Maar ook de kerk had iets anders met Rusland voor, evenals de vele nationale minderheden, die eigen staten probeerden te stichten. Het duurde dan ook niet lang voor de revolutie omsloeg in een burgeroorlog, die het voormalige Russische keizerrijk tussen 1917 en 1922 in een bloedige greep hield.

Voor de communisten was de revolutie in Rusland onderdeel van een grotere strijd. De marxistische ideologie ging uit van een wereldrevolutie - alleen als de “proletariërs aller landen” zich zouden verenigen, zou de revolutie het kapitalisme op de knieën kunnen krijgen. Alles hing af van het welslagen van het Sovjetexperiment en gelijkgestemden uit de hele wereld trokken daarom naar Rusland om hun steentje bij te dragen aan de opbouw van het arbeidersparadijs.

In de collecties van het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis, opgericht in 1935 voor het documenteren en bestuderen van de geschiedenis van de arbeidersbeweging, zijn de papieren van deze gelukzoekers goed vertegenwoordigd. Henk Sneevliet, een Nederlandse communist die actief was  in Nederlands-Indië, bezocht Moskou meerdere malen voor het coördineren van de wereldstrijd. Hij fungeerde zelfs als schakel met de Chinese communistische partij, die toen nog haar instructies uit Moskou kreeg.

De Nederlandse ingenieur Sebald Rutgers, een persoonlijk vriend van Lenin, nam in 1923 de steenkoolindustrie in het Siberische Kemerovo onder zijn commando om die met de hulp van buitenlandse communisten verder op te bouwen voor de Sovjetstaat. In zijn voetspoor reisden vele sociaal bewogen Nederlanders af naar deze Autonome Industriële Kolonie (AIK): de ingenieurs Dirk Schermerhorn (broer van de latere premier), Gé Schoorl, Asser Baars, Koos Visch, Anton Struik. Maar ook de Haarlemse architect Han van Loghem, bekend van onder meer de Amsterdamse wijk Betondorp. Van Loghem bouwde arbeiderswoningen in Siberië en ontwierp een stedenbouwkundig plan voor de uitbouw van Kemerovo. Aan Van Loghems werk in Kemerovo wijden het IISG en regisseur Pim Zwier in dit revolutiejaar een documentaire, gebaseerd op de brieven van Van Loghem’s echtgenote Berthe Neumeijer, die zij aan haar ouders schreef tijdens hun verblijf in Siberië.

Het waren niet alleen hoger opgeleiden en revolutionairen die naar het arbeidersparadijs trokken om hun steentje bij te dragen - ook timmerlui, handwerkslieden en zelfs een Katwijkse visser beproefden hun geluk. Met name na 1929, toen het Westen in de greep kwam van de economische crisis, was de aantrekkingskracht van de Sovjet-Unie, waar volop werk was, groot.

Het doek voor de buitenlandse betrokkenheid bij de opbouw van de Sovjet-Unie viel in de jaren dertig, toen het land zich onder Stalin steeds meer isoleerde van de buitenwereld. In 1927, met het begin van de doelgerichte industrialisatiepolitiek in de Sovjet-Unie, werd de Autonome Industriële Kolonie in Kemerovo onder Russisch gezag geplaatst. De meeste buitenlandse betrokkenen verlieten het land weer. Zij die bleven, werden grotendeels omgebracht tijdens de zuiveringen van de late jaren dertig, toen de zoektocht naar het geluk in de Sovjet-Unie omsloeg in een heksenjacht op alles en iedereen die een echte of vermeende bedreiging voor dat geluk zou kunnen vormen.

Pas na de val van het communisme ging Rusland zich weer openen voor de buitenwereld. Dit bood kansen voor nieuwe gelukzoekers, maar ook voor het IISG, dat zich vanaf begin jaren negentig inzette in Rusland op het gebied van onderzoek, collectievorming en onderwijs, samen met Russische collega’s.

Artikel door Gijs Kessler

Gijs Kessler is senior onderzoeker bij het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis en gespecialiseerd in de sociale geschiedenis van Rusland en de Sovjet-Unie. Zie ook de film met Gijs over het Russische onderzoek en de Russische collecties van het IISG:

Meer weten?

Filmpremière Bouwen te midden van eenzaamheid

Documentaires in De Balie: Russische ijzervreters

 

Geplaatst: 
23 september 2017