Het Mexicaanse Nationale Zapatista Bevrijdingsleger (EZLN) begon zijn opstand in de eerste dagen van januari 1994. Het bezette een aantal dorpen en ranches in het Chiapas hoogland. Het begin van de aanval viel samen met het in werking treden van NAFTA, het vrijhandelsverdrag dat volgens de Zapatistas het 'doodvonnis' was voor de Mexicaanse boeren.
Pogingen van de regeringen om de opstand te onderdrukken leidden tot vredesdemonstraties in het hele land. Op 12 januari 1994 riep de regering een staakt-het-vuren uit en nodigde de EZLN uit om over vrede te praten. De vredesonderhandelingen tussen de Zapatistas onder leiding van subcomandante Marcos en de regering waren succesvol. Maar toen de Mexicaanse president alsnog zijn veto uitsprak over het akkoord, zetten de Zapatistas de strijd voort.