Si Saadi ben Allel uit Kabylië, Algerije, arriveerde op deze dag met 32 landgenoten in Nieuw-Caledonië. Zij waren met het Franse transportschip de Loire gedeporteerd als vergeldingsmaatregel voor het in opstand komen tegen het Franse gezag. Sommige Algerijnse gedeporteerden moesten dwangarbeid verrichten, anderen werden ingezet bij de kolonisatie en ontginning van woeste gronden in dit Franse overzeese gebiedsdeel. Er was werk te doen in de kobalt- en tinmijnen, bij de wegenaanleg en in de land- en tuinbouw. De Algerijnen (uiteindelijk een honderdtal in totaal) hadden een achtergrond in het leger of in de landbouw. Vanuit hun enclave Gadgi (Ile des Pins) bewerkten ze stukjes land, concessies, die ze later in eigendom konden krijgen. Ze trouwden bij voorkeur met een van de weinige gedeporteerde Franse vrouwen op het eiland, desnoods met een Kanaakse.
Er is nu nog een kleine Arabische gemeenschap in Nieuw-Caledonië.
Gedwongen migratie
16 augustus 1874
Signatuur:
ZF 10340