Mandela vrij
Op de drempel van een nieuw decennium moest er beweging komen in het vastgelopen Zuid-Afrika. Van De Klerk, de nieuwe president, werden drastische stappen verwacht. Druk werd gespeculeerd: hoe drastisch, en hoe lang zou hij nog wachten? Op de grote 'Malibongwe'-vrouwenconferentie begin januari 1990 in Amsterdam waren Zuid-Afrikaanse deelneemsters bang dat ze te laat thuis zouden zijn voor Het Moment. Op 2 februari, bij de opening van het parlementaire jaar, hield De Klerk een rede waarin hij de 'unbanning' aankondigde van het ANC, het PAC, de Communistische Partij en nog 58 andere organisaties; bovendien werd de noodtoestand verzacht, mediabeperkingen ten dele opgeheven, doodvonnissen opgeschort en herzien. En De Klerk deelde mee dat hij binnenkort Nelson Mandela wilde vrijlaten.
Met dat laatste wachtte hij nog negen dagen. Het Moment kwam uiteindelijk zondagmiddag 11 februari 1990. Na 27 jaar gevangenschap liep Mandela aan de hand van zijn vrouw Winnie als vrij man de gevangenis uit. In de hele wereld, ook in Nederland, zaten tallozen urenlang aan de tv gekluisterd om de vrijlating live te volgen. De Dam in Amsterdam stroomde 's avonds vol met anti-apartheidsactivisten tijdens een onaangekondigde vreugdedemonstratie.
Vier maanden later, bij een bezoek van Mandela aan Nederland in juni, juichten 20.000 mensen hem toe op het Amsterdamse Leidseplein, toen hij en Winnie op het balkon van de Stadsschouwburg verschenen.
Eert de vrouwen in de strijd
De 'Malibongwe'-conferentie van 6-18 januari 1990, georganiseerd door de AABN en de Vrouwensectie van het ANC, was het sluitstuk van een traditie van grote conferenties waarin Zuid-Afrikanen in ballingschap en uit Zuid-Afrika zelf, en in dit geval Nederlandse vrouwengroepen, elkaar ontmoetten. Er was gerede twijfel of het in een 'post-apartheid'-Zuid-Afrika met de rechten van vrouwen vanzelf goed zou komen; deze conferentie droeg ertoe bij dat het onderwerp binnen de bevrijdingsbeweging op de agenda werd gezet.
Enkele honderden Zuid-Afrikaanse vrouwen kwamen naar Amsterdam voor discussies, workshops en werkbezoeken, en een cultureel programma waarin Gerda Havertong en anderen optraden. Malibongwe (Zoeloe voor 'Eert de vrouwen in de strijd') stond ook in een lange traditie van vrouwenwerk in de anti-apartheidsbeweging. Zo werd vanaf 1980 jaarlijks door de AABN-vrouwengroep op 9 augustus met straatcollectes en culturele manifestaties aandacht besteed aan de viering van de Zuid-Afrikaanse Vrouwendag. Daarin werd samengewerkt met het Zwarte Vrouwen Centrum Amsterdam. Gezamenlijke fondsenwervings- en informatiecampagnes van KZA en AABN plaatsten bij het UDF aangesloten vrouwenorganisaties in het licht.
De Eduardo Mondlane Stichting had vanaf eind jaren zeventig een vrouwengroep, die vooral contacten opbouwde met vrouwen en vrouwenorganisaties in Mozambique en Kaap Verde. De aan Kairos gelieerde groep Vrouw, Kerk, 2/3 Wereld voerde van 1985 tot 1990 een later door Kairos en de r.-k. Vastenactie overgenomen steunactie voor de pas opgerichte dienstbodenbond SADWU (South African Domestic Workers Union), waarbij ook de protestants-christelijke ontwikkelingsorganisatie ICCO betrokken was.
Sancties overbodig geworden?
Wat volgde na Mandela's vrijlating was een herhaling van zetten. Minister van Buitenlandse Zaken Van den Broek pleitte direct voor opschorting van de sancties. Maar tijdens zijn bezoek vertelde Mandela de regering hoe belangrijk het juist was ze te handhaven. Ds. Beyers Naudé zei begin 1991: "Economische druk op Zuid-Afrika blijft absoluut noodzakelijk totdat ANC en regering het met elkaar eens zijn en gezamenlijk optrekken." Uitspraken als deze werden, in dit geval door Kairos, hier in Nederland steeds in de strijd geworpen om te onderstrepen dat het gesprek over de overgang van apartheid naar democratie nog maar net begonnen was. De druk moest op de ketel blijven.
"Dames en heren. Na een tijdelijke afwezigheid is uw oudste handelspartner hier aanwezig met een Holland Handels-tentoonstelling." (Staatssecretaris Van Rooy tijdens de opening van de Nederlandse Trade Fair in Johannesburg, 4 maart 1992)
Kort na Mandela werd De Klerk ontvangen in Nederland. Het Nederlandse kabinet zag op de weg naar een non-raciale democratische samenleving de blanke regering nog steeds als belangrijker gesprekspartner dan de bevrijdingsbeweging.Begin 1992 kwam het tot een clash, toen Van den Broek en premier Lubbers Zuid-Afrika wilden bezoeken zonder het ANC te raadplegen, of het zelfs maar op de hoogte te stellen. Een woordvoerder wreef nog zout in de wonde door te verklaren dat staatsbezoeken alleen tussen regeringen geregeld worden. "Alsof het racistische minderheidsbewind van Zuid-Afrika dezelfde behandeling verdient die democratische regeringen doorgaans ten deel valt", schamperde de ANC-voorlichter in Nederland, de latere Zuid-Afrikaanse ambassadeur in Den Haag, Carl Niehaus. Mandela wenste het Nederlandse tweetal niet te ontvangen, en de reis ging niet door.