In december 2012 ontving het IISG archief van Mirjam Glaser (Kaiserlautern, 1958) uit Frankfurt am Main. Glaser was in het gepolitiseerde Frankfurt van omstreeks 1980 actief in een ‘anti-imperialistische strijdgroep’ en behoorde tot de sympathisanten van de Rote Armee Fraktion (RAF). In 1981 werd Glaser gearresteerd vanwege het op straat werven van sympathisanten voor de RAF. In 1983 werd Glaser veroordeeld tot een korte vrijheidsstraf.
Het archief bevat dossiers over het tegen Glaser gevoerde strafproces. Maar het belang van dit archief ligt vooral in de persoonlijke correspondentie die Glaser in de periode 1982-1988 voerde met RAF-leden in de gevangenis. Zo zijn er meerdere brieven van Verena Becker en Günter Sonnenberg , die vast zaten nadat zij in mei 1977 bij een schietpartij met de politie in Singen betrokken waren geraakt. Beiden werden ook in verband gebracht met de moordaanslag in april 1977 in Karlsruhe op Siegfried Buback, de Duitse procureur-generaal. Overigens is Becker anno 2013 weer gedetineerd na een nieuwe veroordeling vanwege haar betrokkenheid bij de aanslag op Buback. De brieven van Becker en Sonnenberg gaan over bezoekaanvragen en de afwijzing daarvan, over stakingen in de gevangenis, de moeizame wijze om aan boeken te komen en over de communicatie binnen de kringen van de RAF.
Verder correspondeerde Glaser met Siegfried Haag, Inge Krobs, Brigitte Mohnhaupt, Gert Schneider, Volker Staub en Johannes Thimme. Vanuit Nederlands perspectief is vooral de intensieve en persoonlijke correspondentie met Gert Schneider interessant.
Schneider werd samen met Christof Wackernagel gearresteerd nadat de twee in november 1977 betrokken waren geraakt bij een schietpartij met de politie in Amsterdam-Osdorp. Uiteindelijk werd Schneider, die als advocaat Willem van Bennekom had, uitgeleverd aan de Bondsrepubliek en daar tot een gevangenisstraf van 15 jaar veroordeeld. Gert Schneider die in 1989 de gevangenis vervroegd mocht verlaten, nam al in de jaren tachtig afstand van de RAF.
Glaser en Schneider schreven elkaar in 1982 en 1983 tientallen brieven. Schneider bericht uitgebreid over het dagelijks leven in de gevangenis . Ook ontwikkelde hij zich in de bajes tot een verdienstelijk tekenaar, die zijn brieven van karikaturen voorzag en zijn eigen briefkaarten aan Glaser ontwierp. Glaser bewaarde ook doorslagen van haar brieven aan Schneider. Het is een levendige correspondentie met veel aandacht voor de strijd in Duitsland, Turkije en het Midden-Oosten maar ook voor het leven van alledag in Frankfurt en in de gevangenis.
Voor het IISG is dit bescheiden archief een mooie aanvulling op de collectie Rote Armee Fraktion in Nederland ), het archief van de radicale activist Jürgen Dietzsch uit Frankfurt en de archieven van de Nederlandse advocaten Pieter Herman Bakker Schut en Willem van Bennekom.