100 jaar Russische revolutie: onderzoek, collecties en activiteiten bij het IISG.
Op 18 maart 1917 verschenen in kranten in Nederlands-Indië de eerste berichten over een geslaagde revolutie in Rusland. Socialisten in de kolonie volgden de gebeurtenissen in Rusland op de voet. De bekende Nederlandse socialist Henk Sneevliet, die van 1913 tot 1918 in Nederlands-Indië werkte en voorzitter was van de Indische Sociaal-Democratische Vereeniging (ISDV), schreef direct nadat hij het nieuws hoorde, een juichend artikel onder de titel ‘Zegepraal’. Hij spoorde de Indonesiërs aan zich in navolging van de Russen sterk te maken voor hun bevrijding.
De Russische Revolutie was op twee manieren van invloed op de ontwikkeling van het socialisme in Nederlands-Indië. Allereerst veroorzaakten de revolutie en het artikel van Sneevliet een felle discussie binnen de ISDV tussen ‘parlementairen’ en ‘revolutionairen’. De laatsten, onder wie Sneevliet maar ook Asser Baars, Semaoen en Darsono, voelden zich gesterkt door de successen van de bolsjewieken in Rusland en lieten luid van zich horen, vooral in het ISDV-tijdschrift Het Vrije Woord. Dit was tegen het zere been van de parlementaire vleugel, die naar aanleiding van ‘Zegepraal’ de vereniging eind 1917 verliet. De achterblijvers in de ISDV veranderden vervolgens in 1920 de naam van de partij in Partai Komunis Indonesia (Indonesische Communistische Partij, PKI) en sloten zich aan bij de Communistische Internationale; een wereldwijd samenwerkingsverband van communistische partijen.
In de tweede plaats waren de gebeurtenissen in Rusland voor Sneevliet en de zijnen een stimulans om zich te richten tot de Indonesische boerenbevolking. Bij oprichting in mei 1914 verenigde de ISDV namelijk vooral Nederlandse socialisten die korte of langere tijd in Nederlands-Indië verbleven. Veel van hen waren van mening dat agitatie onder, en samenwerking met de onderontwikkelde Indonesische bevolking zinloos was, en dat men zich voor het bereiken van politieke verandering beter kon concentreren op geschoolde – en daardoor per definitie Nederlandse – arbeiders.
De Russische Revolutie werd door de revolutionaire vleugel echter gezien als een bewijs dat socialistische organisatie in een niet-geïndustrialiseerde en agrarische maatschappij mogelijk was. Dit was de opmaat tot een heroriëntatie van de communisten op de Indonesische bevolking en Indonesische politieke organisaties als de Sarekat Islam. De organisatie groeide hierna snel uit tot een massabeweging met duizenden leden.
In de navolgende decennia bleven de Russische Revolutie en de Sovjet Unie van blijvende betekenis voor de Indonesische politiek ter linkerzijde. Moskou werd een belangrijk oriëntatiepunt voor intellectuelen en toevluchtsoord voor vooraanstaande Indonesische communisten. Maar ook op kleine communistische bijeenkomsten in Indonesische dorpen werd steevast steun uitgesproken voor de Sovjet Unie. Op afdelingsvergaderingen van de PKI in West-Sumatra werd de verwachting uitgesproken dat de Russen samen met de Chinezen gewapende hulp zouden sturen, en op de Molukken werd gefluisterd dat twee Russische schepen vol wapentuig reeds onderweg waren om de Nederlanders te helpen verjagen. De Russische Revolutie en het bestaan van de Sovjet Unie bleven op die manier een bron van zelfvertrouwen voor revolutionaire bewegingen in Nederlands-Indië.
Artikel door Klaas Stutje.
Klaas Stutje is Post-doc Onderzoeker aan het IISG en doet onderzoek naar dwangarbeid en werkkampen in Nederlands-Indië. In het najaar van 2017 zal hij een artikel publiceren over de impact van de Russische Revolutie in Nederlands-Indië, in een themanummer van het Tijdschrift voor Geschiedenis onder redactie van Ron Blom, Dennis Bos en Pepijn Brandon.
Wat is er hierover te vinden in de collecties van het IISG?
Ruth T. McVey, The Rise of Indonesian Communism (Ithaca 1965)
John Ingleson, In search of justice: Workers and Unions in Colonial Java, 1908-1926 (Singapore 1986)